Cursus warmte en ventilatie in een monument: uitgangspunten en hoofdlijnen van een succesvolle aanpak van je installaties.
‘Ontwerp en inpassing van warmte- en ventilatie-installatie bij een monument.’ heet de cursus voluit. Die behandelt, in kort bestek en heel praktisch, wat er allemaal bij komt kijken als de installatie in een historisch gebouw aan vernieuwing toe is of het onderdeel is van een grote restauratie. Praktijkvoorbeeld is de restauratie van Kasteel Reuversweerd in Brummen, waar je kunt zien welke keuzes er gemaakt zijn en waarom. Fred Soplanit, installatie-adviseur en docent van de cursus, licht toe.
Docenten Fred Soplanit en Ron Spaan
Als je wilt weten hoe de inpassing van installaties in monumenten in de praktijk werkt, dan kun je eigenlijk geen meer ervaren docent treffen dan Fred Soplanit. Opgeleid als HTS’er werktuigbouwkunde, heeft hij meer dan 40 jaar ervaring in de installatiebranche. Hij heeft, onder veel meer, als ontwerpend installatie-adviseur, meegewerkt aan het DRU industriepark in Ulft, heeft projecten voor Natuurmonumenten gedaan en is betrokken bij BOEI, ERM en het GRC. Samen met bouwkundige Ron Spaan geeft hij de ochtendcursus op Landgoed Reuversweerd.
Inhoud cursus
In heel kort bestek behandelen de docenten de uitgangspunten, het ontwerp en de inpassing van de warmte- en ventilatie-installatie in historische gebouwen. Denk daarbij aan warmtevraag, afgiftesysteem, opwek-methoden van duurzame energie, leidingen, bouwkundige mogelijkheden en beperkingen van het gebouw, uitwerking van het basisontwerp etc. etc. “Tijdens de theoretische inleiding krijg ik altijd veel vragen over warmtepompen”, zegt Soplanit, “dus daar besteed ik extra aandacht aan, want we moeten van het gas af en dan is een warmtepomp een duidelijk alternatief.” Na de theorie volgt de praktijk. Bouwkundige Ron Spaan laat daarin de praktijk van overwegingen en keuzes zien, die gemaakt zijn in het hoofdhuis van ‘Reuversweerd’. Het landgoed in Brummen, met landhuis, boerderij en bijgebouwen, wordt op dit moment gerestaureerd en ook qua installaties bij de tijd gebracht.
Belangrijkste uitgangspunten
“De eerste vraag die je moet stellen bij het inpassen van nieuwe installaties is welke functie het gebouw krijgt,” benadrukt Soplanit. “kantoor, woonbestemming of horeca stellen echt andere eisen aan de installaties, alleen al qua luchtverplaatsing. En ook de ‘schil’ van het gebouw (dak, muren/gevels, vloeren, ramen en deuren) dicteert voor een groot deel de mogelijkheden. Derde element is natuurlijk het budget. Binnen deze beperkingen moet je veel aandacht besteden aan de samenwerking tussen de verschillende disciplines die bij het project betrokken zijn. De installateurs moeten daarbij al heel vroeg aangesloten zijn en altijd blijven checken en samenwerken. Want tijdens de uitvoering van de plannen van o.a. architect, (historisch onderlegde) bouwkundige en aannemer kun je van alles tegenkomen, waarop je in overleg moet reageren om slecht functionerende of te dure installaties te voorkomen.”
De kracht van een compacte cursus
“Een ochtend is natuurlijk niet lang genoeg om alle ins en outs van warmte- en ventilatie-installaties te behandelen,” licht Soplanit toe, “maar we behandelen uitgangspunten en hoofdlijnen van een succesvolle aanpak van je installaties. Daarmee kun je al veel fouten, frustratie en kosten voorkomen. Ervaren monumenten-installateurs zijn dun gezaaid. In je keuze voor, en overleg met installateurs sta je na deze cursus ook echt een stuk sterker.